Koning Willem-Alexander zal de eerste Nederlandse vorst zijn die in de hoedanigheid als staatshoofd de opening van Olympische Spelen bijwoont.
Zijn overgrootmoeder koningin Wilhelmina was eind juli 1928 opvallend niet aanwezig toen in het Olympisch Stadion van Amsterdam de Spelen werden geopend.
In het boek Model voor de toekomst, van Ruud Paauw en Jaap Visser staat dat de vorstin boos was op het IOC omdat men in 1927 had verzuimd haar te vragen of de openingsdatum haar gelegen kwam.
‘Had Zij dan wat anders op deze dag? Nee, maar daar ging het niet om. In juli was de vorstin, notabene beschermvrouwe van de Amsterdamse Spelen, incognito in Noorwegen op vakantie gegaan.’ Op aandringen van minister Beelaerts van Blokland gaf ze toch toe. ‘Wilhelmina wilde de ‘Spelen wel openen maar niet op de 28ste; men moest maar wachten tot ze terugkwam….’
Zodoende deed haar man prins Hendrik, die in 1927 de eerste steen van het Olympisch Stadion had gelegd, de opening. Wel was Wilhelmina bij de sluiting om de gouden medailles uit te reiken. Prins Hendrik reikte de zilveren uit en IOC-president Baillet Latour de bronzen.